Voorwaardelijke liefde
Krom gebogen over het stuur van mijn fiets trap ik de trappers rond, zo snel als ik kan. De wind waait door mijn haren. Met hoge snelheid ga ik de bocht door, de Kruissteenweg op, langs de kaasfabriek. Stevig houd ik het stuur vast. Er is maar een ding wat ik nu wil: naar huis en wel zo snel mogelijk. Opgetogen ben ik, blij en uitgelaten als een jonge hond. Nu zal mijn vader wel blij zijn.
Ik ben 7 jaar en zit in de eerste klas. Het is bijna zomervakantie. Zojuist heeft juffrouw Arts de rapporten uitgedeeld. Op haar tafel had de juf twee stapels rapporten, namelijk een klein stapeltje en een hoge stapel. De juf liep de klas rond met het dunne stapeltje. De kinderen die bleven zitten kregen als eerste hun rapport. De juf noemde hun namen en gaf ze hun rapport. Ze zei dat ze nog een jaar terug moesten komen, omdat ze het nog niet goed konden. Ik hield mijn adem in ……… zou ik ook genoemd worden …….. zou ik voor de tweede keer blijven zitten? Gelukkig …….. ook het laatste rapport dat de juf in handen had gaf ze aan een andere jongen. Ik haalde diep adem. Gelukkig. Nu ging de juf achter de tafel zitten en riep de kinderen naar voren die over waren. Het werd wat rumoerig in de klas, want iedereen was blij, behalve de zittenblijvers die wat beteuterd hun rapport voor zich op tafel hadden liggen.
“Herman …….” zegt juffrouw Arts. Blij loop ik naar voren en neem mijn rapport aan. ‘Herman, jij komt volgend jaar in de klas bij juffrouw Vermeer.” Ik ben benieuwd wat er in mijn rapport staat en ik loop gehaast terug naar mijn tafeltje. Er is maar een ding wat ik zie als ik het rapport open, namelijk de grote streep die onderaan de bladzijde staat door ‘Gaat niet over’. En er staat duidelijk: ‘Gaat over’. De rest van het rapport zie ik al helemaal niet meer. Blijdschap overspoelt me, ik kan het wel uitschreeuwen: ‘Ik ga over, ik ga over, ik ga over!’ Ik kan niet wachten om naar huis te gaan, om mijn vader en mijn moeder mijn rapport te laten zien.
Met een ruime bocht rij ik met mijn fiets het erf op en naast het keukenraam zet ik mijn fiets tegen de muur. Zo snel als ik kan trek ik de deur open. Mijn moeder staat voor het aanrecht in een pan te roeren ……. ‘Mama, ik ga over. Ik ga naar de tweede klas. Kijk……, hier mijn rapport”. Buiten adem hou ik mijn moeder het rapport voor. Mijn moeder veegt haar handen af aan haar schort en pakt mijn rapport aan. Ze gaat met mij aan tafel zitten en kijkt in het rapport. Dat is mooi Herman, dat je over bent gegaan. Laat het rapport straks maar aan je vader zien.
Mijn vader is op het land aan het werk. Tussen de middag komt hij naar huis voor de warme maaltijd. Ik sta achter bij de niendeur te wachten op mijn vader. Blij ben ik, uitgelaten. Mijn rapport heb ik in de hand. Het duurt me te lang …… waar blijft hij toch? Dan, eindelijk, komt mijn vader om de hoek van de schuur aanzetten op de fiets. De hooivork houdt hij met een hand vast over zijn schouder. De andere hand aan het stuur. Mijn vader stapt af en zet zijn fiets tegen de muur en de hooivork zet hij er naast. ‘Papa, ik heb mijn rapport gekregen en ……….” ‘Ga maar vast naar binnen Herman, ik kom zo. Ik moet eerst mijn handen wassen.”
Aan de keukentafel zit mijn vader naast mij. Hij heeft mijn rapport in zijn handen en bladert naar de goede bladzijde. “Eens kijken ……..”. Mijn vader benoemt alle cijfers: “Een 7 voor taal, een 8 voor rekenen, een ………” Dan blijft zijn vinger onderaan de bladzijde bij gedrag en vlijt op het papier staan. Bij Gedrag staat een 6, bij Vlijt staat een 6. Hij kijkt mij in de ogen en dan zegt hij nog maar één ding: “Dit kan beter!” Mijn vader vouwt het rapport dicht, gaat staan en legt het op de schoorsteenmantel.
Teleurstelling vloeit door mijn lijf. Mijn vader is niet blij. ‘Het is niet goed genoeg. Ik ben niet goed genoeg. Het hele jaar heb ik het niet goed gedaan. Ik ben waardeloos …… ik verpruts alles’. Met een grote klap is alle vreugde de grond ingeslagen. De tranen zitten aan de binnenkant en ik hoef nog net niet te huilen. Over het rapport en over school wordt niet meer gesproken aan tafel.
Toch was er voor mij nog een schrale troost. Enkele weken later ben ik aan het rommelen in de onderste lade van het kabinet. Daarin liggen onder andere de schaatsen van mijn vader, houten kunstschaatsen, keurig verpakt in kranten. Maar dan vind ik daar het rapport van de lagere school van mijn vader. Nieuwsgierig sla ik het rapport open en tot mijn verbazing kijk ik naar de cijfers op zijn lagere-school-rapport uit Lemelerveld. Het staat vol met drieën, vieren en vijven. Dit is echt een veel slechter rapport dan dat van mij. Aaah …….., zo slecht heb ik het dus toch niet gedaan. Als ik mijn vader zijn eigen rapport laat zien en hem vertel dat ik het helemaal nog niet zo slecht heb gedaan in vergelijking met hemzelf, staat hij erbij met een mond vol tanden. Hij lacht als een boer met kiespijn en weet niets te zeggen. Enkele dagen later blijkt het rapport van mijn vader op miraculeuze wijze verdwenen te zijn uit de onderste lade van het kabinet en het is nooit weer opgedoken. Het was weg en het bleef weg. Niemand wist waar het gebleven was.
Ook mijn ouders kwamen uit een disfunctioneel gezin. Gezinnen waarin rouw over verlies niet verwerkt was. Rouw maakt dat je in stress verkeert en niet goed in het hier en nu kunt zijn, niet volledig aanwezig kunt zijn voor jouw kinderen. Onvoldoende positieve en oprechte aandacht is het gevolg. Je groeit op in tekort en gemis en het gevolg is gebrek aan eigenwaarde en zelfvertrouwen. En het maakt dat je voorwaardelijke liefde gaat hanteren als je zelf kinderen hebt. Voorwaardelijke liefde is een kenmerk van een disfunctioneel gezin. Ook al is er elke dag voldoende te eten, heb je een goed bed en heb je fatsoenlijke kleding om naar school te gaan, wat je als kind echt nodig hebt is onvoorwaardelijke liefde, aandacht en veiligheid. Alleen dan kun je opgroeien in zelfvertrouwen, liefde voor jezelf en eigenwaarde, alleen dan kan het gezin, waar je opgroeit, een warm nest zijn.
Heb je ook zoiets meegemaakt en wil je hier op reageren? Dat kan. Onder aan deze bladzijde vind je een invulveld.